NTVH - 2020, nummer 8, december 2020
dr. P.A. Kramer , dr. J.J.W.M. Janssen , dr. E. Kneppers
NTVH - 2020, nummer 7, october 2020
dr. P.A. Kramer , dr. J.J.W.M. Janssen
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2020;17:313-4)
Lees verderNTVH - 2020, nummer 6, september 2020
dr. J.J.W.M. Janssen , dr. P.A. Kramer
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2020;17:259-60)
Lees verderNTVH - 2020, nummer 6, september 2020
drs. C.C.B. Kockerols , prof. dr. P.J.M. Valk , dr. M.D. Levin , prof. dr. J.J. Cornelissen , dr. J.J.W.M. Janssen , dr. P.E. Westerweel
Digitale PCR (D-PCR) is een zeer accurate en gevoelige moleculaire techniek voor de detectie en kwantificering van RNA- of DNA-fragmenten. Voor chronische myeloïde leukemie (CML) vormt het in specifieke omstandigheden een veelbelovend alternatief voor reguliere ‘real-time’ kwantitatieve PCR (RQ-PCR), met als meest directe toepassing het voorspellen van de succeskans op het bereiken van een behandelingsvrije remissie (‘treatment free remission’; TFR). Belangrijke reeds bekende prognostische parameters voor TFR zijn de duur van de behandeling met tyrosinekinaseremmers (TKI) en de duur van moleculaire remissie voorafgaand aan een stoppoging. Huidige TKI-stoprichtlijnen adviseren daarom een minimale behandelduur van drie jaar, maar bij voorkeur zes jaar of langer. Hoewel diepte van remissie gemeten met BCR-ABL1-RQ-PCR geen relatie toonde met de kans op het behouden van moleculaire remissie na een medicatiestop, was dit wel het geval indien gemeten met D-PCR. Als nieuwe voorspeller kan D-PCR bijdragen aan een betere selectie van kandidaten, maar ook aan het bepalen van de meest optimale timing van de medicatiestoppoging. In het algemeen vindt D-PCR steeds verder zijn intrede in de hematologie. In dit overzichtsartikel bespreken we het principe van D-PCR en zijn mogelijke klinische toepassingen binnen CML, waarbij we vooral zijn rol als nieuwe TFR-voorspeller willen belichten. Ten slotte eindigen we met een beschrijving van een D-PCR-implementatieproject gesubsidieerd door ZonMW, waarbij we D-PCR aanbieden als nieuwe prognostische test voor CML-patiënten in Nederland die een TKI-medicatiestoppoging overwegen.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2020;17:239-47)
Lees verderNTVH - , nummer ,
drs. C.C.B. Kockerols , dr. J.J.W.M. Janssen , dr. P.E. Westerweel
Dipeptidylpeptidase-4 (DPP-4) is een proteolytisch enzym dat aberrant tot expressie komt op leukemische cellen bij chronische myeloïde leukemie (CML) en een inactiverende werking heeft op het ‘stromal derived factor’ (SDF)-1α. Farmacologische DPP-4- remmers, de gliptines, worden gebruikt bij de behandeling van diabetes, maar hebben mogelijk ook therapeutisch potentieel bij CML. In het éénarmige fase 1/2 Dolphin-STAR-onderzoek wordt de veiligheid en effectiviteit van vildagliptine in combinatie met nilotinib onderzocht bij CML-patiënten die een eerdere mislukte medicatiestoppoging van de tyrosinekinaseremmer hebben ondernomen. Zij zullen een tweede medicatiestoppoging doen als onderdeel van het onderzoek.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2019;16:304–6)
Lees verderNTVH - 2019, nummer 5, july 2019
dr. P.E. Westerweel , dr. J.J.W.M. Janssen
Asciminib is een nieuw type tyrosinekinaseremmer (TKI) voor patiënten met chronische myeloïde leukemie. Asciminib is een allosterische remmer die verstoorde auto-inhibitie van het onco-eiwit BCR-ABL1 herstelt. Hiermee heeft het een ander aangrijpingspunt dan de nu beschikbare TKI’s zoals imatinib en bosutinib die ATP-binding in het kinasedomein blokkeren. In een nu lopend gerandomiseerd fase 3- onderzoek wordt asciminib vergeleken met bosutinib voor de behandeling van patiënten die resistent of intolerant zijn voor minimaal twee eerdere TKI’s. Het primaire eindpunt is het bereiken van een ‘major’ moleculaire respons na 24 maanden behandeling.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2019;16:249–50)
Lees verderNTVH - 2018, nummer 8, november 2018
prof. dr. G.A. Huls , prof. dr. B. Löwenberg , prof. dr. A.A. van de Loosdrecht , dr. J.J.W.M. Janssen , dr. M. Jongen-Lavrencic , prof. dr. M.H.G.P. Raaijmakers , dr. B.J. Wouters , dr. P.A. von dem Borne , prof. dr. J.H.E. Kuball , prof. dr. B.J. Biemond , dr. M. van Gelder , dr. W.J.F.M. van der Velden , dr. O. de Weerdt , dr. M. van Marwijk Kooy , dr. S.K. Klein , dr. E. Ammatuna , dr. M.W.M. van der Poel , dr. A. van Rhenen , J.J.M. de Jong , dr. B. van der Reijden , prof. dr. J.J. Cornelissen , prof. dr. E. Vellenga , prof. dr. G.J. Ossenkoppele
Acute myeloïde leukemie (AML) is een heterogene ziekte die wordt gekenmerkt door (oligo)klonale maligne hematopoëse met een blokkade in de differentiatie en daardoor een excessieve toename van leukemische blasten. Acute promyelocytenleukemie (APL) is een zeldzame variant van AML die zich goed laat behandelen met ATRA-bevattende therapie. Vanwege complicaties van de ziekte (trombose, bloeding) is vroege herkenning en start van behandeling extreem belangrijk. Het is daarom belangrijk dat diagnostiek en behandeling van APL-patiënten in de dagelijkse praktijk zorgvuldig en gestructureerd plaatsvindt. Hieronder bespreken we de richtlijnen voor diagnostiek en behandeling zoals de HOVON-Leukemiewerkgroep denkt dat die voor APL zou moeten plaatsvinden.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2018;15:396–401)
Lees verder