Samenvatting

Diffuus grootcellig B-cellymfoom (DLBCL) is de meest voorkomende vorm van non-hodgkinlymfoom. De toevoeging van rituximab aan het chemotherapieregime (R-CHOP) heeft gezorgd voor een aanzienlijke verbetering in overleving van patiënten met DLBCL. Nog steeds hebben echter 30–40% van de patiënten refractaire ziekte of ontwikkelen een recidief. De effectiviteit van behandeling wordt gelimiteerd door de aanzienlijke morfologische, immuunfenotypische, genetische en klinische heterogeniteit van DLBCL’s. Sinds 2000 is steeds meer bekend geworden over de complexe genetische heterogeniteit van DLBCL en zijn verscheidene genetische prognostische factoren geïdentificeerd die geassocieerd zijn met slechte overleving na standaardchemotherapie, zoals ABC-fenotype en MYC-translocatie. Recente grote onderzoeken hebben inmiddels laten zien dat het genetische landschap van DLBCL echter veel complexer is dan dat. In dit artikel worden deze nieuwe inzichten en de eerste resultaten van prospectieve klinische ondezoeken met gedifferentieerde behandeling op basis van deze kennis besproken. De vraag is of alle nieuwe kennis op korte termijn gaat resulteren in een nieuwe classificatie voor DLBCL met directe behandelconsequenties. Hoewel het waarschijnlijk te vroeg is om hierop een duidelijk antwoord te geven, biedt dit artikel een basis hierover mee te kunnen discussiëren.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2019;16:164–70)