Elke medische behandeling begint met het stellen van de juiste diagnose. Deze diagnose ligt echter niet altijd meteen voor de hand. Zoals bij de volgende casus:
In 2024 leerden wij een 70-jarige vrouw kennen op de polikliniek Hematologie. Zij heeft een uitgebreide voorgeschiedenis die begint in 2005 met een trombus in de arteria mesenterica superior met ischemie en een necrotiserende dunne darm, waarvoor een uitgebreide dunnedarmresectie en hemicolectomie rechts volgde met jejunotransversotomie ‘end-to-side’. Sindsdien gebruikte zij totale parenterale voeding. Daarna volgden verschillende episoden met biliaire pancreatitis, waarvoor in 2011 een cholecystectomie werd verricht. In 2012 is er sprake van een geïnfecteerde Port-a-cath, waarvoor zij antibiotisch werd behandeld. Vanaf 2012 is tevens sprake van een verslechterend bloedbeeld, initieel alleen milde anemie, met later ook trombopenie en vanaf 2015 ook (wisselende) leukopenie. In 2015 is tevens nierinsufficiëntie vastgesteld met verdenking van tubulo-interstitiële nefritis, waarvoor initieel prednison werd gegeven. Vanwege bijwerkingen van de prednison werd gestart met azathioprine. Bij achteruitgang van de nierfunctie werd overgegaan op mycofenolaatmofetil. In 2021 werd steatosis hepatitis vastgesteld met leverfunctiestoornissen. In 2024 werd patiënte doorverwezen naar de hematoloog vanwege een verder verslechterd bloedbeeld. Zij had op dat moment geen klachten, met name geen recidiverende infecties, geen koorts, geen gewichtsverlies en geen nachtzweten. Bloedonderzoek liet een Hb 6,4 mmol/l (normaalwaarden 7,4–9,9 mmol/l), met een normaal MCV, leukocyten 2,7 x 109/l (4,0–10,0 x 109/l) en trombocyten 62 x 109/l (150–400 x 109/l) zien. De differentiatie toonde milde lymfopenie (0,68 x 109/l, normaalwaarden 1,0–3,5 x 109/l) zonder neutro- of monopenie. Er was geen sprake van een foliumzuur- of vitamine B12-deficiëntie, maar wel een milde ijzerdeficiëntie (ferritine 28 µg/l (20–300 µg/l), ijzer 10 µg/l (10–30 µg/l), ijzerbindingscapaciteit 81 µmol/l (45–80 µmol/l), wat niet verklarend was voor de pancytopenie. Er werd een beenmergbiopt verricht, getoond in Figuur 1 met links een PAS-kleuring, rechts een Giemsa-kleuring.
(NED TIJDSCHR HEMATOL 2025;22:41–2)