Patiënten met chronisch lymfatische leukemie (CLL) of kleincellig lymfocytair lymfoom (‘small lymphocytic lymphoma’, SLL) hebben vaak te maken met opeenvolgende recidieven. Alhoewel de eerstegeneratie remmer van Bruton’s tyrosinekinase (BTK) ibrutinib behoort tot de standaard behandelopties, kunnen de bekende bijwerkingen (zoals atriumfibrilleren en -flutter en neutropenie) het gebruik van ibrutinib in de weg staan.1–3 Zanubrutinib* is een volgende generatie BTK-remmer met een hoge kinaseselectiviteit. In de gerandomiseerde fase III-studie ALPINE werd zanubrutinib ‘head-to-head’ vergeleken met ibrutinib voor de behandeling van recidief/refractair (R/R) CLL/SLL.4 Vorig jaar zijn de finale resultaten van deze studie gepresenteerd tijdens ASH 2022 en gelijktijdig gepubliceerd.4 Dit jaar werden ook de resultaten met betrekking tot patiëntgerapporteerde uitkomsten binnen de ALPINE-studie gepubliceerd.5