De introductie van doelgerichte therapieën heeft geleid tot een verschuiving in de behandeling van chronische lymfatische leukemie (CLL), waarbij chemo-immuuntherapie grotendeels is vervangen door gerichte behandelingen zoals remmers van Bruton-tyrosinekinase (BTK), B-cellymfoom 2 (BCL2) en anti-CD20-antistoffen. Verschillende combinaties, waaronder de BCL2-remmer venetoclax in combinatie met het anti-CD20-antilichaam obinutuzumab of met de BTK-remmer ibrutinib, hebben namelijk geleid tot een verbeterde klinische uitkomsten ten opzichte van chemo-immuuntherapie. 1–8 In de fase III-studie AMPLIFY werd acalabrutinib, een BTK-remmer van de tweede generatie, onderzocht in combinatie met venetoclax, met of zonder toevoeging van obinutuzumab, bij eerder onbehandelde patiënten met CLL zonder 17p-deletie of TP53-mutatie. De resultaten van de tussentijdse analyse van de AMPLIFY-studie zijn onlangs gepubliceerd in The New England Journal of Medicine en worden in dit artikel uiteengezet.9