Gentherapie voor hemofilie A met valoctogene roxaparvovec laat zeer veelbelovende resultaten zien

maart 2023 Hematotrials Willem Van Altena

Hemofilie A is een erfelijke bloedingsstoornis die het gevolg is van een tekort aan het functionele stollingseiwit factor VIII. Ernstige hemofilie A wordt gedefinieerd als een factor VIII activiteitsniveau van minder dan 1 IE per deciliter, en veel voorkomende complicaties zijn spontane bloedingen en slopende artropathie. De huidige zorgstandaard is profylactische behandeling met factor VIII¹. Zelfs met dit behandelingsregime hebben veel patiënten echter nog spontane bloedingen, wat de behoefte aan effectievere behandelingen onderstreept.

GENEr8-1

Valoctogene roxaparvovec gentherapie omvat het gebruik van een adeno-geassocieerde virusvector om de productie van exogeen factor VIII-eiwit op gang te brengen door toediening van een B-domein gedeleteerde menselijke factor VIII-coderingssequentie. Een recente open-label, fase III-studie met één groep (GENEr8-1-studie), gepubliceerd in NEJM, onderzocht de verandering in het aantal jaarlijks behandelde bloedingen bij 134 mannen met ernstige hemofilie A, die factor VIII-profylaxe kregen en ook een enkele infusie van valoctogene roxaparvovec ontvingen². Na een follow-up van 2 jaar werd de balans opgemaakt.

Bevindingen

Van in totaal 132 patiënten waren gegevens beschikbaar op het tweejarige follow-uptijdstip. Het bleek dat het gemiddelde jaarlijkse aantal behandelde bloedingen met 84,5% daalde ten opzichte van de waarde bij aanvang studie bij patiënten die de gentherapiebehandeling met valoctogene roxaparvovec kregen. Verder werd het jaarlijkse gebruik van factor VIII verminderd met 98,2% vanaf de uitgangswaarde tot na de profylaxe.

De factor VIII-activiteit steeg ook ten opzichte van de uitgangswaarde met gemiddeld 22 IE per deciliter, zoals gemeten met een chromogene assay in de gewijzigde intention-to-treat populatie. Het risico van gewrichtsbloedingen werd geschat op 1 episode per jaar op basis van een transgeen afgeleid factor VIII-niveau van 5 IE per deciliter. Ten slotte werden geen nieuwe bijwerkingen vastgesteld, en in de twee jaar na de behandeling deden zich geen nieuwe ernstige behandelingsgerelateerde bijwerkingen voor.

Conclusie

Deze door Mahlangu en collega’s gepubliceerde studie ondersteunt de veiligheid en werkzaamheid van gentherapie met valoctogene roxaparvovec voor de behandeling van hemofilie A.

Referenties

1. Srivastava A, Santagostino E, Dougall A, et al; WFH Guidelines for the Management of Hemophilia panelleden en co-auteurs. WFH-richtlijnen voor de behandeling van hemofilie, 3e editie. Hemofilie. 2020 Aug;26 Suppl 6:1-158. doi: 10.1111/hae.14046. Epub 2020 Aug 3. Erratum in: Haemophilia. 2021 Jul;27(4):699. PMID: 32744769.

2. Mahlangu J, Kaczmarek R, von Drygalski A, et al; GENEr8-1 Trial Group. Two-Year Outcomes of Valoctocogene Roxaparvovec Therapy for Hemophilia A. N Engl J Med. 2023 Feb 23;388(8):694-705. doi: 10.1056/NEJMoa2211075. PMID: 36812433.