Articles

Het beenmergaspiraat op dag 17 als voorspeller van complete remissie op dag 28 en het gebruik van re-inductie bij acute myeloïde leukemie

NTVH - 2022, nummer 1, january 2022

drs. L.J.G. Jacobs , dr., ir. A.M.C.P. Joosen , dr. P.H.M. Kuijper , drs. H. de Lil , dr. L.W. Tick

SAMENVATTING

Evaluatie van een beenmergaspiraat op dag 17 van de eerste inductiekuur bij acute myeloïde leukemie wordt gebruikt voor het voorspellen van complete remissie op dag 28 én voor het besluiten tot directe re-inductie bij persisterende ziekteactiviteit. Deze retrospectieve, ‘single-center’ studie heeft de waarde hiervan in de dagelijkse praktijk geanalyseerd. Van de patiënten met >5% blasten in het beenmerg op dag 17 behaalde 72% op dag 28 alsnog complete remissie. Daarnaast wordt directe re-inductie op basis van het dag 17-beenmergaspiraat maar sporadisch toegepast. Het dag 17-aspiraat had in 27% van de gevallen sporadisch of geen brokjes, wat ten koste gaat van de betrouwbaarheid van de beoordeling. Retrospectief lijkt de klinische relevantie van een beenmergaspiraat als vroege tussenevaluatie van de eerste inductiekuur van patiënten met acute myeloïde leukemie beperkt.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2022;19:39-43)

Lees verder

Hoe behandel ik T-cel-prolymfocytenleukemie

NTVH - 2021, nummer Special, july 2021

drs. S.P.E. Willems , drs. H. de Lil , dr. L.W. Tick , dr. L. Nieuwenhuizen , dr. P.H.M. Kuijper , M.E.C. van de Poll

SAMENVATTING

T-cel-prolymfocytenleukemie (T-PLL) is een zeldzaam, agressief T-cel-neoplasme. De zeldzaamheid van dit ziektebeeld maakt een systematische aanpak voor het stellen van diagnose en overgaan tot behandeling tot een uitdaging. Om tegemoet te komen aan de noodzaak van diagnostische crite-ria en responscriteria heeft de ‘T-PLL International Study Group’ (TPLL-ISG) in 2019 een document opgesteld met consensuscriteria voor diagnose, behandelindicatie en responsbeoordeling. Er bestaat op dit moment geen behandeling voor T-PLL die is goedgekeurd door de ‘Food and Drug Administration’ (FDA) of de ‘European Medicines Agengy’ (EMA). Wij presenteren een drietal casus uit ons ziekenhuis, waarin het potentieel fatale beloop van deze moeilijk behandelbare ziekte naar voren komt. Tevens verschaffen wij een overzicht van tot nu toe bekende behandelmogelijkheden. Ten slotte dragen wij een behandelstrategie aan voor patiënten met nieuw gediagnosticeerde of recidief T-PLL en een kort overzicht van toekomstige behandelmogelijkheden.

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2021;18:224-32)

Lees verder

Anafylaxie op bloedtransfusie: een zeldzame complicatie van IgA-deficiëntie

NTVH - 2019, nummer 5, july 2019

dr. B. van Erven , dr. M.C.J. Bosman , dr. P.H.M. Kuijper , dr. L.W. Tick , dr. L. Nieuwenhuizen

SAMENVATTING

Anafylactische transfusiereacties zijn zeldzaam, maar vormen een belangrijke oorzaak van transfusie-gerelateerde morbiditeit. Deze snel verlopende allergische reacties worden, naast eventuele allergische huidverschijnselen, gekenmerkt door systemische (respiratoire, cardiovasculaire of gastro-intestinale) verschijnselen. In het merendeel van de gevallen wordt, ondanks immunologisch onderzoek, geen oorzaak vastgesteld. Een mogelijke oorzaak voor het optreden van dit type transfusiereactie is ernstige IgA-deficiëntie met aanwezigheid van antistoffen tegen IgA. Hoewel dit fenomeen reeds in 1968 voor het eerst werd beschreven, is de pathogenese niet opgehelderd en staat de rol van anti-IgA de laatste jaren steeds meer ter discussie. Niet elk individu met IgA-deficiëntie heeft antistoffen en zelfs in de aanwezigheid van anti-IgA zal niet altijd een anafylactische transfusiereactie optreden. Desondanks is diagnostiek naar aanwezigheid van IgA-deficiëntie en/of antistoffen tegen IgA geïndiceerd bij patiënten die een anafylactische transfusiereactie hebben doorgemaakt. Toekomstige IgA-gerelateerde anafylaxie kan worden voorkomen door toediening van bloedproducten die (nagenoeg) vrij zijn van IgA (gewassen erytrocyten; trombocyten en plasma van IgA-deficiënte donoren).

(NED TIJDSCHR HEMATOL 2019;16:244–8)

Lees verder